De Belgische regering zet de geweldplegingen tegen homoseksuele mannen in de Republiek Tsjetsjenië op de agenda van de Raad van Europa.
Eerste minister Charles Michel en vice-eersteminister en minister van Buitenlandse Zaken Didier Reynders houden eraan om nogmaals hun bezorgdheid te uiten over de informatie over geweldplegingen tegen homoseksuele mannen in de Republiek Tsjetsjenië die we sinds vorige maand ontvangen van nationale en internationale organisaties.
Zodra deze informatie bekend werd, is België zowel bij de Russische autoriteiten als in de Raad van Europa, de organisatie die instaat voor het respect van de mensenrechten in Europa, tussenbeide gekomen om te vragen dat de Russische autoriteiten, overeenkomstig hun internationale verplichtingen inzake mensenrechten, een onderzoek voeren over deze misdaden, de daders ervan vervolgen en de slachtoffers vergoeden. Deze demarches bij de Russische autoriteiten werden zowel bilateraal als in overleg met de Europese partners van België gezet.
De eerste minister en de vice-eersteminister nemen er nota van dat de Russische autoriteiten hebben aangekondigd dat de Russische mensenrechtencommissaris zich over de kwestie buigt en dat het Parket van Tsjetsjenië bezig is met een onderzoek. Alles is echter nog verre van opgehelderd en waakzaamheid blijft geboden.
Minister Reynders zal deze kwestie in naam van België nogmaals aankaarten tijdens de ministeriële vergadering van de Raad van Europa die op 19 mei zal plaatsvinden in Cyprus, en vragen dat de Raad van Europa een onderzoek vraagt om Rusland te houden te herinneren aan zijn verplichtingen om alle vormen van discriminatie te bestrijden en om alles in het werk te stellen om recht te doen geschieden.